Externe ontwikkelingen
De ontwikkelingen rond het landelijk gebied staan niet stil. Nationale rechterlijke uitspraken over stikstof en gewasbeschermingsmiddelen en inbreukprocedures van de EU onderstrepen de urgente opgave voor het herstel van natuur en biodiversiteit. Deze en andere drukfactoren, zoals verdroging, dragen bij aan biodiversiteitsverlies. Twee landelijke programma’s werken aan het herstel en de versterking van natuur en biodiversiteit: het Natuurpact en het Programma Natuur.
Het NPLG is vervallen. De provincie Fryslân heeft een toekenning gekregen van € 180 miljoen uit de Regeling Provinciale Maatregelen Landelijk Gebied (Rpml). Voor het maatregelpakket ‘Natuur’ is € 42,9 miljoen beschikbaar. Zie paragraaf 9 ‘Grote projecten’, onderdeel ‘Natuurpact’.
Europese Natuurherstelverordening
De Europese Natuurherstelverordening (NHV) onderstreept de noodzaak om actief te werken aan behoud en herstel van soorten en ecosystemen. Nederland moet vóór september 2026 een nationaal concept-natuurherstelplan hebben opgesteld. De resultaatverplichtingen in de NHV impliceren aanvullende inspanningen van provincies op het gebied van natuurherstel en monitoring.
Natura 2000
De Natura 2000-gebieden vormen een gezamenlijk Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. De twintig Friese Natura 2000-gebieden spelen een belangrijke rol bij het realiseren van de VHR-doelen in Fryslân. Voor alle Natura 2000-gebieden zijn specifieke Vogel en Habitatrichtlijn (VHR) doelen vastgelegd in zogenoemde aanwijzingsbesluiten. Doel hiervan is de beschermde soorten en habitattypen landelijk in een ‘gunstige staat van instandhouding’ te houden of daartoe te brengen. De provincie Fryslân heeft in beheerplannen de daarvoor noodzakelijke maatregelen opgenomen. De beheerplannen moeten zesjaarlijks worden geëvalueerd en geactualiseerd.
In 2023 zijn, als onderdeel van het concept-gebiedsprogramma NPLG, natuurdoelanalyses (NDA’s) opgesteld voor de stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden. In de NDA’s wordt de huidige staat van instandhouding van de aangewezen habitattypen en -soorten beschreven. In 2024 heeft de Ecologische Autoriteit (EA) de laatste adviezen op de NDA’s uitgebracht. Op basis van de NDA’s en de adviezen van de EA worden aanvullende onderzoeken uitgevoerd, monitoringsgegevens verzameld en maatregelen getroffen om een gunstige staat van instandhouding te bereiken.
Het huidige Nederlandse Natura 2000-doelensysteem omvat het landelijke beleid, de aanwijzingsbesluiten en de beheerplannen. Dit systeem is recent geëvalueerd en wordt nu geactualiseerd. In 2026 werkt het Rijk, als voortouwnemer, hier verder aan.
Natuurpact en Programma Natuur
De provincies zijn verantwoordelijk voor de realisatie, ontwikkeling en het beheer van natuur. In het Natuurpact zijn de ambities voor ontwikkeling en beheer van natuur in Nederland vastgelegd tot en met 2027, onder meer voor de natuurontwikkelopgave (NNN), het opstellen en actualiseren van Natura 2000-beheerplannen, de uitvoering van Natura 2000-maatregelen, natuurherstelmaatregelen, (agrarisch) natuurbeheer en weidevogels.
In het kader van het Natuurpact is met het Rijk afgesproken dat in 2027 het Natuurnetwerk Nederland (NNN) is gerealiseerd. De provincie Fryslân heeft sinds 1 januari 2023 nog een opgave van circa 1 600 ha verwerving/functiewijziging en 3 600 ha inrichting NNN. Provinciale Staten besloten in november 2022 dat maximaal wordt ingezet op realisatie. Vanwege diverse oorzaken bleek echter dat het volledige NNN niet haalbaar is. Fryslân heeft daarom een realisatiestrategie opgesteld die uitgaat van ten minste 750 ha verwerving/functiewijziging en 2 000 ha inrichting NNN in 2027. In het voorjaar van 2025 is via een Midterm Review (Healweis Weromsjen NNN) de voortgang aan Provinciale Staten voorgelegd. Afgesproken is dat de opgave voor 2027 overeind blijft en dat een plan van aanpak wordt opgesteld om te bepalen hoe om te gaan met de cruciale hectares en welke (vrijwillige) versnellingsstrategieën aanvullend mogelijk zijn. Zie paragraaf 9 ‘Natuurpact’ voor een toelichting.
Aanvullend op het Natuurpact hebben provincies en Rijk, als onderdeel van de structurele stikstofaanpak, afgesproken om een Programma Natuur op te stellen voor de periode 2021-2032. Belangrijkste doel is het scheppen van condities voor een gunstige staat van instandhouding (SvI) van alle soorten en habitats onder de VHR. In paragraaf 9 ‘Grote projecten’, onderdeel ‘Programma natuur’, wordt dit verder toegelicht.
Friese bomen- en bossenstrategie
Met deze strategie dragen wij bij aan de klimaatopgave. Daarnaast beoogt de strategie de biodiversiteit te vergroten en het landschap te versterken. De Friese ambitie is onderverdeeld in sporen: uitbreiding en revitalisering van bos en houtige landschapselementen, agroforestry, voedselbossen en uitbreiding van natte natuur. Via het Maatregelpakket Bomen en Bos bevinden we ons nu in de uitvoeringsfase (zie ook paragraaf 9 ‘Grote projecten/UMLG’).
Natuurbrandbeheersing
Door klimaatverandering en verdroging verwachten we in onze provincie meer natuurbranden. Deze branden worden steeds heviger, waardoor het risico op onbeheersbare branden toeneemt. Natuurbrand kan schadelijk zijn voor flora en fauna en kan grote maatschappelijke impact hebben, omdat in ons dichtbevolkte land veel recreatie plaatsvindt in natuurgebieden en bebouwing vaak nabij is.
Risicogebieden zijn onder meer bossen en heide, maar ook rietlanden, duingebieden en veen (in tijden van droogte). De brandweer heeft in totaal dertien risicogebieden in de provincie aangewezen. Voor deze gebieden is een gebiedsgerichte aanpak opgesteld in samenwerking met verschillende partijen. Samen met de Veiligheidsregio, gemeenten, terreinbeherende organisaties en particuliere terreineigenaren werken we aan maatregelen ter voorkoming en beheersing van natuurbranden. Deze samenwerking is vastgelegd in het Convenant Natuurbrandbeheersing Fryslân, dat op 22 juni 2023 is ondertekend.
Vanuit het LVVN zijn middelen vrijgekomen om het onderwerp natuurbrandbeheersing verder vorm te geven. De provincie ontvangt jaarlijks € 300 000 voor de regierol. Daarnaast komt er in 2026 een landelijke subsidieregeling voor maatregelen door terreineigenaren en -beheerders. Tot slot is de provincie verplicht om in 2026 een provinciaal natuurbrandbeheersingsplan op te stellen. Dit plan fungeert onder meer als kader voor het Rijk bij het beschikbaar stellen van financiële middelen en als communicatiemiddel om uit te leggen wat wij als provincie doen aan natuurbrandbeheersing. Aan het Friese NBB-plan wordt momenteel gewerkt met de partijen die het convenant in 2023 hebben ondertekend.
Fries Herstelprogramma Biodiversiteit
Samen met onze partners werken we via het Herstelprogramma Biodiversiteit aan de uitvoering van de Agenda Herstel Biodiversiteit Fryslân. Dit programma heeft als doel de achteruitgang van biodiversiteit te stoppen door activiteiten gericht op kennisontwikkeling, educatie en bewustwording. Als provincie Fryslân willen we het goede voorbeeld geven. Eind 2025 is het programma afgerond in de huidige vorm. We verkennen de mogelijkheden om vanaf 2026 aan te sluiten bij de Landelijke Agenda Natuurinclusief en de Basiskwaliteit Natuur.
Nationale Parken
Nederland telt 21 nationale parken, waarvan vier geheel of gedeeltelijk in Fryslân liggen: Schiermonnikoog, Lauwersmeer, Drents-Friese Wold en De Alde Feanen. In 2025 is een landelijk manifest ondertekend over de doorontwikkeling van de nationale parken. Alle Friese parken vertalen het nationale beleidsprogramma in hun gebiedsaanpak en governance, in samenspraak met de provincie en gebiedspartners.
(Agrarisch) natuurbeheer
De provincie Fryslân voert, in afstemming met natuurbeheerders en de agrarische sector, de regie over het natuurbeheer binnen en buiten het Natuurnetwerk (NNN). Het Natuurbeheerplan van de provincie vormt het kader voor de uitvoering van het (agrarisch) natuurbeheer. Daarbij sturen we actief op de kwaliteit van het Natuurnetwerk en de realisatie van afgesproken natuur- en landschapsambities op agrarische grond en binnen natuurgebieden. Daarnaast wordt invulling gegeven aan de implementatie van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). In beleidsveld 3.2 ‘Landbouw’ wordt het GLB uitgebreider besproken. Provincies en Rijk werken aan een forse groei in doelbereik door de komst van additionele financiering uit het Rijksprogramma Agrarisch Natuurbeheer. Daarin is een forse groei voorzien in het ANLb.
Soortenbeleid
Binnen het soortenbeleid maken we onderscheid tussen actief soortenbeleid, passief soortenbeleid (met name faunabeheer en derogaties) en de aanpak van invasieve exoten. Bedreigde (Rode-lijst) soorten en wettelijk beschermde soorten (onder andere Vogel- en Habitatrichtlijnsoorten) worden in Fryslân zowel actief als passief beschermd via vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH). We onderzoeken welke aanvullende maatregelen nodig zijn voor soorten waarvoor het slecht gaat en richten ons op de aanpak van soorten die schade aan wettelijke belangen veroorzaken.
Voor het behoud van de weidevogels in Fryslân voeren we samen met betrokken partijen de Nota Weidevogels, inclusief het Aanvalsplan Grutto, uit. Middels een infractieprocedure heeft de Europese Commissie via LVVN in bepaalde N2000 gebieden extra aandacht voor de Grutto gevraagd. De aanpak van faunaschade, waaronder het ganzenbeleid, wordt uitgevoerd volgens de in 2024 gewijzigde Nota Faunabeleid. De bestrijding van invasieve exoten gebeurt op basis van de Beleidsnotitie Invasieve Exoten.
Monitoring
De provincie Fryslân is verantwoordelijk voor de monitoring van beleidsopgaven voor natuur en biodiversiteit, zoals het NNN, de Natura 2000-gebieden en het ANB. Via het landelijke Verbeterprogramma Natuurmonitoring wordt gewerkt aan verbetering van de monitoring. Daarbij is ook aandacht voor de aanvullende monitoringsverplichtingen die de Europese Natuurherstelverordening met zich meebrengt, zoals extra monitoring van VHR-doelen buiten NNN en Natura 2000.
Ontwikkelingen binnen VTH-taken
Door maatschappelijke betrokkenheid en toenemende juridische complexiteit groeit het aantal dossiers en de benodigde aandacht voor zowel vergunningverlening als toezicht en handhaving. Voorbeelden hiervan zijn de zorgplicht voor weidevogels en soortenmanagementplannen. De belangen op deze dossiers zijn groot en vaak tegenstrijdig; dit zal naar verwachting alleen maar toenemen en regelmatig leiden tot dilemma’s die bestuurlijke keuzes vereisen.
Recente uitspraken over stikstof en gewasbeschermingsmiddelen hebben het aantal vergunning-plichtige activiteiten doen toenemen. Ook stijgt het aantal handhavingsverzoeken. Natuurbescherming staat dicht bij de mienskip: het onderwerp leeft sterk, wat leidt tot meer handhavingsverzoeken, Woo-verzoeken, persvragen en bezwaar- en beroepsprocedures. In de praktijk ontbreekt op enkele onderwerpen uitvoeringsbeleid, waardoor we met het wel of niet verlenen van vergunningen feitelijk beleid vormgeven.
De legalisatieopgave voor PAS-melders verloopt stroef. De komende jaren is veel aandacht nodig voor het legaliseren van PAS-melders; daarbij zijn we afhankelijk van stikstofruimte die het Rijk beschikbaar stelt.
Onder de Omgevingswet is de aanhaakplicht vervallen. Initiatiefnemers hoeven de verschillende toestemmingen niet meer gelijktijdig aan te vragen. De provincie heeft Friese gemeenten verzocht de provincie te informeren over aanvragen waarbij natuurbeschermingsregels een rol kunnen spelen, zodat we kunnen afstemmen met de initiatiefnemer en gericht toezicht kunnen houden op niet-vergunde activiteiten. Dit leidt naar verwachting tot extra belasting voor zowel vergunningverlening als handhaving.
Ten slotte
Fryslân versnelt zoveel mogelijk de aanleg van het Natuurnetwerk door zelfrealisatie, grondverwerving en flexibele herbegrenzing (Grip op Kwaliteit). Een Bossenstrategie die bos, houtwallen en agroforestry toevoegt; bestaande natuur blijft onder professioneel beheer via het SNL . Regelmatige Natura 2000-evaluaties en agrarisch natuurbeheer houden de ecologische kwaliteit op peil en zorgen dat Europese verplichtingen worden gehaald . Er wordt beoogd de juridische basis te verkrijgen om stikstofvergunningen te verlenen en economische ruimte te creëren, terwijl de uitvoering binnen beschikbare rijksmiddelen blijft .